Wilde planten in Nederland en België

Alpenandoorn - Stachys alpina

Frysk

English-Limestone Woundwort

Français-Epiaire des Alpes

Deutsch-Alpen-Ziest

Synoniemen

Familie-Lamiaceae (Lipbloemenfamilie)

Naamgeving (Etymologie)-Stachys betekent aar, naar de aarvormige bloeiwijze en alpina verwijst naar de Alpen.

Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).

Levensduur-Overblijvend.

Plantvorm-Hemikryptofyt.

Hoofdbloei-Juni t/m augustus.

Afmeting-25-90 cm.


Hermann Schachner - cc0


Olivier Pichard - cc by-sa 3.0


Jan Stubenitzky - cc by-sa 3.0


Robert Flogaus-Faust - cc by 4.0

Wortels


herbariaunited.org


herbariaunited.org


herbariaunited.org


herbariaunited.org

Stengels-De rechtopstaande tot opstijgende stengels zijn vierkantig en afstaand ruw behaard en naar boven beklierd. Onderaan is de stengel ongeveer 5 mm dik.


Meneerke bloem - cc by-sa 3.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0

Bladeren-De breed lancetvormige tot eironde bladen hebben een hartvormige voet en worden 4-18 cm lang en 3-9 cm breed. Ze hebben een stomp getande of gezaagde rand en zijn aan beide kanten kort, dicht, aanliggend behaard. De bladsteel is 1-5 cm lang.


Meneerke bloem - cc by-sa 3.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


Kim Lotterman - cc by-nc-sa 3.0 nl


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0

Bloemen-Tweeslachtig. De behaarde, 1,5-2,2 cm grote bloemen groeien in een bebladerde aar. Ze zijn meestal donker roodpaars. De bloemkroon is tweelippig. De bovenlip is ongeveer 5 mm en de onderlip wordt ongeveer 9 mm. De 6-12 mm lange kelkbladen zijn vergroeid tot een ongeveer 6 mm lange, klierharige kelkbuis. De kelktanden zijn zeer ongelijk.


Hermann Schachner - cc0


Kim Lotterman - cc by-nc-sa 3.0 nl


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0

Vruchten en zaden-De splitvrucht bestaat uit grijsbruine, 2,5-3 mm lange deelvruchten met een zeer fijngroevige buitenkant. Tweezaadlobbig.


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


Giorgio Faggi - cc by-nc-nd 4.0


©2006 Digital Plant Atlas - cc by-nc-sa 3.0 nl

Biotoop

Bodem-Zonnige of licht beschaduwde plaatsen op vochtige, kalkrijke en stenige en lemige grond. In de Alpen tussen 400 en 1950 meter hoogte.

Groeiplaatsen-Lichte loofbossen, bosranden en kapvlakten.

Verspreiding

Wereld-Oorspronkelijk uit Zuid-, West- en Midden-Europa, voornamelijk in de bergen.

Nederland-Niet ingeburgerd. Zeer zeldzaam.

Vlaanderen-Inheems. Verdwenen. In 1972 werd de plant voor het laatst gevonden in de Voerstreek.

Wallonië-Inheems. Plaatselijk vrij algemeen.

2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl