Wilde planten in Nederland en België

Bergbeemdgras - Poa chaixii

Frysk-Boskmiedegers

English-Broad-leaved Meadow-grass

Français-Pâturin de Chaix

Deutsch-Wald-Rispengras

Synoniemen-Poa sylvatica, Bosbeemdgras

Familie-Poaceae (Grassenfamilie)

Naamgeving (Etymologie)-Poa is het Griekse woord voor gras. Chaixii is genoemd naar de Franse botanist Dominique Chaix die leefde van 1730 tot 1799.

Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).

Levensduur-Overblijvend.

Plantvorm-Hemikryptofyt.

Hoofdbloei-Mei t/m juli.

Afmeting-40-100 cm.


Daderot - Public Domain


Daderot - Public Domain


Robert Manceau - cc by-sa 4.0


Adrie van Heerden - verspreidingsatlas.nl

Wortels-Geen wortelstok en meestal ook geen uitlopers.


storage.idigbio.org - cc by-nc 3.0


storage.idigbio.org - Public Domain


herbariaunited.org


storage.idigbio.org - cc by-nc 3.0

Stengels-Dichte pollen vormend.


Jildert Hijlkema - cc by-sa 3.0


benno te linde - cc by-nc-nd 4.0


Mathieu Menand - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr


Yoan Martin - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr

Bladeren-De onderste bladeren staan waaiervormig bijeen, doordat de scherp gekielde en zijdelings samengedrukte (sterk afgeplatte) bladscheden tot een platte bundel ineengevouwen zijn. De bladschijf is 0,5-1 cm breed en kan enige dm lang worden. Ze heeft een licht gekleurde, scherpe rand. De bladtop is kapvormig. Het tongetje is afgeknot en hoogstens 1½ mm.


Hugues Tinguy - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr


Michiel van Vliet - cc by-nc-nd 4.0


Mathilde Duverger - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr


Mathilde Duverger- tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr

Bloemen-Tweeslachtig. Vaak bloeit de plant maar weinig. De bloeiwijze is recht of iets gebogen. Aartjes met drie tot zes bloemen. Het lemma zonder wollige haren en na verdroging met uitspringende nerven.


Petr Filippov - cc by-sa 3.0


Yoan Martin - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr


Christian Berg - cc by 4.0


Mathilde Duverger - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr

Vruchten en zaden-Een graanvrucht. De zaden zijn zeer kortlevend (korter dan één jaar). Eenzaadlobbig.


Tracey Slotta - USDA-NRCS PLANTS Database


Tracey Slotta - USDA-NRCS PLANTS Database


©2006 Digital Plant Atlas - cc by-nc-sa 3.0 nl

Biotoop

Bodem-Licht beschaduwde plaatsen op vochtige, matig voedselarme, zwak zure, kalkarme, lemige grond.

Groeiplaatsen-Lichte loofbossen op bronhellingen, hellingbossen, parkbossen, bosranden, kapvlakten en lanen in stinzenmilieus.

Verspreiding

Wereld-Oorspronkelijk uit Midden-Europa (bergstreken in Midden-Europa, van Noord-Spanje tot Roemenië).

Nederland-Ingeburgerd in de 19de eeuw. Zeer zeldzaam.

Vlaanderen-Ingeburgerd. Zeer zeldzaam.

Wallonië-Inheems. Vrij algemeen.

Toepassingen

Cultuur-In Noord- en Noordwest-Europa is het als siergras of als wintervoer voor het wild in landgoedbossen uitgezaaid en hier en daar ingeburgerd.

Vermeerderen-Zaaien.

2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl