Frysk-Koweblomke English-Daisy Français-Pâquerette Deutsch-Gänseblümchen Synoniemen Familie-Asteraceae (Composietenfamilie) Naamgeving (Etymologie)-Madeliefje is waarschijnlijk afkomstig van maagde-lief, omdat het bloempje vroeger in verband werd gebracht met de heilige maagd Maria. De Latijnse naam Bellis perennis betekent mooie, overblijvende schoonheid. Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten). Levensduur-Overblijvend. Plantvorm-Hemikryptofyt. Hoofdbloei-Het hele jaar, maar het meest van april t/m september Afmeting-5-15 cm.
Wortels-Een kort wortelstokje.
Stengels-De rechtopstaande, dunne bloeistengels dragen één bloemhoofdje en hebben meestal geen bladeren. Ze zijn aangedrukt behaard. Madeliefje heeft uitlopers en vormt matjes.
Bladeren-Meestal alle bladen in het bladrozet. De lichtgroene, aangedrukt behaarde bladen zijn iets vlezig, langwerpig tot spatelvormig of lepelvormig en worden tot 5 cm lang. De bladrand kan gaaf, getand of gekarteld zijn.
Bloemen-Polygaam. De afzonderlijk op lange, dunne stelen staande bloemhoofdjes zijn 1-3 cm. De witte en aan de top vaak roodpaarse lintbloemen zijn vrouwelijk. De vele gele buisbloemen zijn tweeslachtig. Het omwindsel bestaat uit ongeveer dertien even lange blaadjes. De bloemhoofdjesbodem is kegelvormig, hol, heeft een zwak gemaasd oppervlak, vrijwel glad en zonder stroschubben. Het vruchtbeginsel is onderstandig met een stijl en twee stempels.
Vruchten en zaden-De nootjes worden 1½-2 mm lang en zijn begroeid met rechtopstaande haren, maar zonder vruchtpluis. De zaden zijn langlevend (langer dan vijf jaar). Tweezaadlobbig.
Biotoop Bodem-Zonnige, zelden licht beschaduwde plaatsen op vochtige, matig voedselrijke tot voedselrijke, betreden, beweide of vaak gemaaide, min of meer verdichte, vaak bemeste grond (alle grondsoorten). Groeiplaatsen-Weiland, gazons, regelmatig betreden of begraasde grasvelden, regelmatig gemaaide bermen en dijken, plantsoenen, tussen straatstenen, uiterwaarden en duinvalleien. Verspreiding Wereld-Oorspronkelijk uit Europa (behalve in het noordoosten) en Zuidwest-Azië. Nederland-Inheems. Algemeen.
Vlaanderen-Inheems. Algemeen. Wallonië-Inheems. Algemeen. Toepassingen De bloeitijd leidde tot vele namen waarin de maand mei voorkomt, maar ook de voorkeur van de plant voor grasvelden en het feit dat koeien en schapen de bloemen kennelijk graag lusten zien we terug. Vroeger zei men dat de lente was begonnen als je met één voet negen madeliefjes
kon bedekken. 2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl |