Wilde planten in Nederland en België | |
Boswederik - Lysimachia nemorum
Frysk:
English: Yellow Pimpernel
Français: Lysimaque des bois
Deutsch: Hain-Gilbweiderich
Synoniemen:
Familie: Primulaceae (Sleutelbloemfamilie)
Naamgeving (Etymologie): De Nederlandse naam komt van wede (wilg). De bladen van de Grote wederik lijken op die van de wilg. Lysimachia is waarschijnlijk afgeleid van en opgedragen aan Lysimachos, de veldheer van Alexander de Grote. Nemorum betekent van de bossen.
Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).
Levensduur: Overblijvend.
Plantvorm: Kruid.
Winterknoppen: Chamaefyt of hemikryptofyt.
Hoofdbloei: Mei t/m augustu(-oktober).
Afmeting: 10-45 cm.
|
|
|
|
Wortels: Worteldiepte tot 10 cm.
|
|
|
|
Stengels: De kruipende, kale, iets vierkantige, vertakte stengels wortelen op de knopen. Aan de top gaan ze over in opgerichte bloeistengels. Vaak vormt de plant kleine matten.
|
|
|
|
Bladeren: De wintergroene, tegenoverstaande bladen zijn 2-3 cm groot, eirond, vlak, zonder klierpuntjes en aan de top meestal spits en met een korte steel.
|
|
|
|
Bloemen: Tweeslachtig. De draadvormige bloemstelen zijn even lang als of meestal langer dan de bladen. De gele, schotelvormige bloemen staan op draaddunne stelen in de oksels van de middelste bladeren. Per bladpaar zie je in beide bladoksels één bloem. Deze wordt 1-1½ cm breed. Meestal zijn er vijf, maar soms zijn vier kroonbladen. De kelkslippen zijn smal lijn-priemvormig en de kroonslippen zijn afgerond en iets gewimperd. De meeldraden zijn niet met elkaar vergroeid.
|
|
|
|
Vruchten en zaden: Een doosvrucht. De zaden zijn kortlevend (één tot vijf jaar). Tweezaadlobbig.
|
Biotoop
Bodem: Beschaduwde plaatsen op natte tot vrij vochtige, matig voedselrijke tot voerdselrijke, humeuze, zwak zure, vrij kalkarme tot kalkhoudende grond. Vooral op kwelplekken (zand, löss en leem).
Groeiplaatsen: Bossen (natte loofbossen, vooral in brongebieden, langs natte bospaden, bij bronnen en aan de rand van ondiepe, 's winters natte laagten), waterkanten (langs beschaduwde beekjes) en vochtige bosranden.
Verspreiding
Wereld: West- en Midden-Europa, van West-Noorwegen tot in Portugal en West-Spanje en zuidoostelijk tot op de Balkan en Zuid-Italië. Ook op de Azoren en de Far Oer.
Nederland: Inheems. Zeldzaam.
Vlaanderen: Inheems. Vrij algemeen.
Wallonië: Inheems. Vrij algemeen.
Toepassingen
Vermeerderen: Scheuren of stekken.
Oude illustraties (Klik op een afbeelding om te vergroten).
2001-2022 K.M. Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl