Bruine snavelbies - Rhynchospora fusca

Frysk Brún fluen

English Brown Beaksedge

Français Rhynchospore brun

Deutsch Braunes Schnabelried

Synoniemen

Familie Cyperaceae (Cypergrassenfamilie)

Naamgeving (Etymologie) Rhynchospora is afgeleid van het Griekse rhynchos (snavel) en spora (zaad), omdat de vruchtjes gesnaveld zijn. Fusca betekent donkerbruin.

Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).

Levensduur Overblijvend.

Plantvorm Hemikryptofyt of helofyt.

Hoofdbloei Juni t/m augustus.

Afmeting 10-30 cm.


Hugues Tinguy - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr


© Peter Meininger - verspreidingsatlas.nl


R.F. Stolwijk - cc by-nc-sa 3.0 nl


Florent Beck - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr

Wortels Lange, kruipende wortelstokken (vrij lange uitlopers).


herbariaunited.org


herbariaunited.org


herbariaunited.org


herbariaunited.org

Stengels Zodevormend (uitgestrekte, losse matten vormend). De rechtopstaande, gevulde stengels zijn olijfgroen.


© Peter Meininger - verspreidingsatlas.nl


Donald Cameron - gobotany.newenglandwild.org


sautetdavid - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr


Florent Beck - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr

Bladeren De onderste bladen hebben bleke tot grijsbruine scheden en meestal nog smallere bladschijven. De lijnvormige en gootvormige bladeren zijn 1 mm breed. Ze groeien deels rechtststreeks vanuit de wortelstok, maar er zijn ook stengelbladen.


Jmp48 - cc by-sa 3.0


Bernard Thomas - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr


Florent Beck - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr


Peter Meininger - freenatureimages.eu

Bloemen Tweeslachtig. De schutbladen komen boven de hoofdjesachtige bloeiwijze uit en worden tot 6 cm. De aren zijn geel- tot roodbruin (de kafjes zijn geelbruin). De bloemen bevatten drie meeldraden met gele, 2-3 mm lange helmknoppen. Ze hangen uit de aartjes. De bovenste arenkluwen zijn eivormig. Elke bloem heeft vaak drie meeldraden en één stijl met twee stempels. De stempels steken tot bijna 0,5 cm buiten de kafjes. Het vruchtbeginsel is bovenstandig.


Joseba Garmendia - cc by 3.0


Kristian Peters - cc by-sa 3.0


sautetdavid - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr


© Valentine Kalwij - verspreidingsatlas.nl

Vruchten en zaden Een lensvormig, 1-2 mm lang, roodbruin nootje met een snavel met gladde randen. Eenzaadlobbig.


sautetdavid - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr


Samuel Brinker - cc by-nc 4.0


Rob Routledge - cc by-nc 4.0


©2006 Digital Plant Atlas - cc by-nc-sa 3.0 nl

Biotoop

Bodem Zonnige, open plaatsen (pionier) op natte, 's winters vaak korte tijd overstroomde, voedselarme, zure, humusarme tot licht humeuze zandgrond (humeus tot venig zand, maar ook wel op hoogveen en leem).

Groeiplaatsen Natte heide, langs weinig gebruikte natte zandpaden, plagplekken, natte laagten in dopheidevelden en hoogveen en zwak hellende oevers van heidevennen.

Verspreiding

Wereld West- en Midden-Europa. Van de Pyreneeën tot in Midden-Scandinavië. Ook in Noord-Amerika.


Nederland Inheems. Vrij algemeen

Vlaanderen Inheems. Zeldzaam.
Wallonië Inheems. Zeer zeldzaam.

2001-2025 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl