Frysk English-Canadian poplar (Hybrid black poplar, Carolina poplar) Français-Peuplier du Canada Deutsch-Kanada-Pappel (Bastard-Schwarz-Pappel) Synoniemen-Populus canadensis, Populus deltoides x nigra (Amerkaanse populier x Zwarte populier) Familie-Salicaceae (Wilgenfamilie) Naamgeving (Etymologie)-Het Latijnse populus stond als mannelijk woord voor volk zoals in populair, terwijl het als vrouwelijk woord de naam van de boom of de populier betekende. Canadensis verwijst naar Canada. Opmerking-Vaak zijn er ook natuurlijke tussenvormen van Canadese populier en Zwarte populier. Deze vruchtbare bomen kunnen ook weer terugkruisen met de oudersoorten. Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten). Levensduur-Overblijvend. Plantvorm-Fanerofyt. Hoofdbloei-April. Afmeting-Tot 35 meter.
Stam-Een brede, losse kroon, maar minder wijd uitgespreid dan de kroon van Zwarte populier (meer kegelvormig). Jongere bomen zijn piramidevormig. De bast is glad en grijs tot grijsgroen. Later wordt de schors gegroefd en grijsbruin.
Takken-De jonge takken zijn grijsachtig. Ze zijn rond tot hoekig met ronde tot lijnvormige lenticellen. Vaak groeien de takken eerst opzij en buigen vervolgens omhoog. De knoppen zijn kastanjebruin, glad en kleverig.
Bladeren-De lichtgroene tot roodachtige bladsteel is rond tot afgeplat. De jonge bladeren zijn lichtgroen tot roodbruin. De oudere, 9-14 cm grote bladeren zijn hartvormig, driehoekig of iets ruitvormig en hebben een iets hartvormige (eerst een wigvormige) voet, een spitse top en een gewimperde bladrand (later vaak kaal wordend). De onderste zijnerven ontspringen op enige afstand van de bladvoet. De hoofdnerven zijn lichtgroen tot enigszins roodachtig. De bovenkant van het blad is helder groen en de onderkant licht- tot grijsgroen.
Bloemen-Eenslachtig. Tweehuizig. De katjesschubben zijn wigvormig, groengeel, in tal van slippen gedeeld. Hangende katjes die meestal voor het uitlopen van het blad verschijnen. Dikke mannelijke katjes met twintig tot dertig roodpaarse meeldraden. Ze vallen spoedig af na het loslaten van het stuifmeel. De lange vrouwelijke katjes hebben een zesgroevig, bolrond vruchtbeginsel met niervormige, tweelobbige stempels, die aan de voet opgericht zijn, maar verder omgerold en tegen het vruchtbeginsel liggen. Ze blijven na de bestuiving tot in mei en juni hangen.
Vruchten en zaden-Een doosvrucht. Ook opslaand uit de 1-3 mm grote zaden. De zaden zijn omgeven door donzig pluis. Sommige bomen produceren zeer veel van dit pluis. Vruchtdragend na ongeveer vijftien jaar. De Canadese populier wordt vaak vegetatief vermeerderd door winterstek.Tweezaadlobbig.
Biotoop Bodem-Zonnige of halfbeschaduwde plaatsen op vochtige, voedselrijke grond. Groeiplaatsen-Langs de duinrand, bossen en langs rivieren. Verspreiding Wereld-Oorspronkelijk uit Canda. Nederland-Ingeburgerd na 2000. Algemeen.
Vlaanderen-Ingeburgerd. Vrij algemeen. Wallonië-Ingeburgerd. Zeldzaam. 2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl |