Naamgeving (Etymologie): Gymnadenia komt van het Griekse gymnos (naakt) en aden (klier), omdat de hechtkliertjes hier niet in een beursje zijn opgesloten. Densiflora betekent dicht bebladerd.
Ondersoorten: Voorheen werd Grote muggenorchis verdeeld in twee ondersoorten: Gymnadenia
conopsea subsp. conpsea en Gymnadenia conopsea subsp. densiflora. Tegenwoordig worden ze beschouwd als twee aparte soorten: Grote muggenorchis (Gymnadenia
conopsea) en Dichte muggenorchis (Gymnadenia densiflora).
Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).
Bladeren: De vier tot acht bladen zijn lijnvormig tot langwerpig,
gootvormig en vrij donker groen. Vaak staan ze in twee rijen. Het breedste blad is 1-2,2 cm breed. De bovenste zijn schutbladachtig.
Bloemen: Tweeslachtig. Een dichte bloemtros met meestal lichtpurperen of haast roze bloemen. Zelden zijn ze wit. De hoofdas is vrijwel geheel met bloemen begroeid. De bloemdekbladen zijn 4-5 mm lang en de bovenste drie zijn tot een helm samen gebogen.
De andere twee zijn afstaand. De bloemlip is 3,5-5 mm lang en drielobbig met ongeveer even lange, stompe lobben. De spoor is draadvormig en wordt tot twee keer zo lang als het vruchtbeginsel. De bloemen verspreiden een sterke Kruid.nagelgeur.
Bodem: Zonnige, zelden licht beschaduwde plaatsen op matig droge, vrij voedselarme, vrij kalkrijke grond.
Groeiplaatsen:
Zeeduinen,
grasland (half-open plekken) en laag struweel.
Verspreiding
Wereld: Europa.
Nederland: Zeer zeldzaam.
Vlaanderen: Zeer zeldzaam.
Wallonië: Zeer zeldzaam.
Oude illustraties (Klik op
een afbeelding om te vergroten).
Grote muggenorchis en Dichte muggenorchis
Flora Batava, deel 7, Jan Kops en Herman Christiaan van Hall (1836)
Deutschlands flora, deel 20, J. Sturm, J.W. Sturm (1845-1849)
Flora regni borussici, deel 1, A.G. Dietrich (1832-1833)
Die Orchidaceen Deutschlands, Deutsch-Oesterreichs und der Schweiz, M. Schulze (1894)
Iconographia botanica seu plantae criticae, H.G.L. Reichenbach (1823-1832)
New Kreüterbuch, L. Fuchs (1543)
Bilder ur Nordens Flora, deel 2, Carl Axel Magnus Lindman (1922-1926)
English Botany, or Coloured Figures of British Plants, deel 9, J.E. Sowerby (1869)
Palmata non maculata - Palmata angustifolia non maculata
Introductio generalis in rem herbariam, deel 5, A.Q. Rivinus (1690-1777)
Cynosorchis macrocaulos sive conopsaea sive galeniculata
Orchis serapias caryophyllata
Serapias minor rubello nitente flore angustifolia nullis inspersis punctulis Plantarum seu stirpium icones, deel 1, M. de Lobel (1581)
Sudetenflora, M. Winkler (1900)
Die Alpenpflanzen nach der Natur gemalt, deel 1, J. Seboth, F. Graf (1839)
Genera plantarum florae germanicae, Monocotyledones 2 Cyperaceae, deel 3, T.F.L. Nees von Esenbeck (1843)
Flora Danica, Georg Christian Oeder e.a. (1761-1883)
British entomology, deel 5, J. Curtis (1823-1840)
Flore illustré de Nice et des Alpes-maritimes. Iconographie des Orchidées, J.B. Barla (1868)