Naamgeving (Etymologie): Boterbloem heet zo vanwege de boterkleurige bloemblaadjes. Ranunculus is het verkleinwoord van het Latijnse rana (kikker). Ranonkels groeien vaak in of langs het water en in vochtige weiden, de plek waar veel kikkers voor komen. Flammula is Latijn voor vlammetje. Dit wijst op het bijtende sap. Bedelaars in de
Middeleeuwen gebruikten het sap om hun zweren nog meelijwekkender te maken. Het sap werd
wel gebruikt
om bij vergiftiging de patiënt te laten braken.
Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).
Bladeren: De verspreidstaande, kale, zittende bladeren zijn langwerpig tot lijnvormig. Ze worden tot 10 cm lang. De bladvoet is wigvormig of afgerond. Een gave bladrand.
Bloemen: Tweeslachtig. De gele bloemen zijn 0,7-2 cm groot. De bloeiwijze bestaat meestal uit een paar alleenstaande bloemen. Ze hebben gegroefde steeltjes. De vijf kroonbladen zijn vrij klein. De vijf kelkbladen staan vaak iets van de kroon af. Het vruchtbeginsel is bovenstandig.
Vruchten: Een eenzadige dopvrucht of nootje. De kale dopvruchten zijn 1,2-2 mm lang. De snavel is smal, zeer kort en recht. De zaden zijn langlevend (langer dan vijf jaar). Tweezaadlobbig.
kuleuven-kulak.be/bioweb
Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - CC BY-SA 4.0
Bodem: Zonnige, zelden licht beschaduwde, vaak enigszins open plaatsen op natte, voedselarme tot matig voedselrijke, zure tot neutrale, meestal vrij kalkarme grond (zand, leem en laagveen).
Groeiplaatsen: Grasland (hooiland en weiland), moerassen (laagvenen en trilvenen), kapvlakten, waterkanten (langs vennen, plassen, sloten en beken), bossen (kwelgebieden in loofbossen, in karrensporen
en langs bospaden), afgravingen (zand- en leemgroeven) en zeeduinen (duinvalleien).
Verspreiding
Wereld: Het grootste deel van Europa, West-Siberië, Canada en de VS. Zeer zeldzaam in Noordwest-Afrika.
Nederland: Vrij algemeen, maar zeldzaam tot zeer zeldzaam in Zuid-Limburg, Zeeland, Flevoland en in de zeekleigebieden van Fryslân en Groningen.
Vlaanderen: Vrij algemeen. Het meest in de Kempen.
Wallonië: Algemeen in de Ardennen. Elders zeldzamer.
Oude illustraties (Klik op een afbeelding om te vergroten).
Flora Batava, deel 3, Jan Kops (1814)
Afbeeldingen der artseny-gewassen met derzelver Nederduitsche en Latynsche beschryvingen, deel 3, Johan Carl Krauss (1796)
Cruijdeboek, deel 3, Rembert Dodoens. Wortelen, medecynale cruyden, ende quaden hinderlijcke ghewassen (1554)
Deutschlands flora, deel 18, J. Sturm, J.W. Sturm (1839-1840)
Deutschlands Flora in Abbildungen, Jacob Sturm und Johann Georg Sturm
Bilder ur Nordens Flora, deel 1, Carl Axel Magnus Lindman (1922-1926)
Svensk botanik, deel 2, J.W. Palmstruch e.a. (1807)
Flora Danica, Georg Christian Oeder e.a. (1761-1888)
Ranunculus flammula subsp. reptans
Flora Danica, Georg Christian Oeder e.a. (1761-1888)
Illustrations of the British Flora, Walter Hood Fitch (1924)
Flora Londinensis, deel 6, William Curtis (1789-1798)
English Botany, or Coloured Figures of British Plants, deel 1, J.E. Sowerby (1863)
Medical Botany, deel 5, W. Woodville, W.J. Hooker, G. Spratt (1832)
Sämmtliche Giftgewächse Deutschlands, E. Winkler (1853)
Die giftpflanzen der Schweiz, J. Hegetschweiler, J.D. Labram (1839)
Flora des Königreichs Hannover, deel 3, G.F.W. Meyer, A. Schumann (1854)
Flora Parisiensis, deel 8, P. Bulliard (1776-1781)
Nouvelle iconographie fourragère, Atlas, J. Gourdon, P. Naudin (1865-1871)
Herbier de la France, deel 1, P. Bulliard (1776-1783)
Flora regni borussici, deel 3, A.G. Dietrich (1835)
Plantarum seu stirpium icones, deel 1, M. de Lobel (1581)