|
Wilde planten in Nederland en België |
|
Engels gras - Armeria maritima
Frysk-Seegers
English-Thrift
Français-Armérie maritime
Deutsch-Grasnelke
Synoniemen-Statice armeria
Familie-Plumbaginaceae (Strandkruidfamilie)
Naamgeving (Etymologie)-De Nederlandse naam heeft te maken met de grasachtige bladen. Armeria is ontstaan uit de Keltische woorden ar (nabij) en mo(er) (de zee), dus een plant die nabij de zee groeit. Maritima betekent van of aan de zee.
Ondersoorten-Armeria maritima subsp. maritima en Armeria maritima subsp. halleri. Elders komen ook nog veel meer ondersoorten voor.
Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).
Levensduur-Overblijvend.
Plantvorm-Hemikryptofyt.
Hoofdbloei-Mei t/m november.
Afmeting-5-50 cm.
|
|
|
|
Wortels-Een dikke, vertakte wortelstok.
Stengels-Zoden vormend. De rechtopstaande, kort behaarde bloemstelen zijn bladloos.
|
|
|
|
Bladeren-De diepgroene, ietwat vlezige, lijnvormige bladen worden 1-1,5 (zelden tot 5) mm breed. Meestal hebben ze één nerf, die van onderen uit steekt en een gave rand.
|
|
|
|
Bloemen-Tweeslachtig. De geurende bloemen vormen dichtbloemige hoofdjes van1½-2½ cm breed. Meestal zijn ze roze, maar soms rood of wit. Elke bloem (6-8 mm) heeft vijf kroonbladen. De kelkbuis heeft behaarde ribben, maar tussen de ribben kunnen ze kaal of behaard zijn. De kelkslippen zijn kort genaald. Onder het hoofdje zie je een aantal schutbladen. De buitenste schutbladen zijn korter dan het bloemhoofdje en hebben een groene middenstreep die vaak eindigt in een spitsje. De binnenste schutbladen zijn vliezig en stomp. Onder de bloeiwijze bevindt zich een naar beneden wijzende, iets uitstaande schede. Elke bloem heeft een eenhokkig bovenstandig vruchtbeginsel, vijf stijlen,vijf stempels en eveneens vijf meeldraden.
|
|
|
|
Vruchten en zaden-Een eenzadige, openspringende vrucht (een driekleppige doosvrucht), met een vliezige kelk. De zaden zijn zeer kortlevend (korter dan één jaar). Tweezaadlobbig.
|
|
|
|
|
Biotoop
Bodem-Zonnige plaatsen op droge tot vochtige, matig voedselarme tot matig voedselrijke, zilte grond (zand, leem, zavel, lichte klei en stenige plaatsen).
Armeria maritima subsp. halleri-Op zinkhoudende grond.
Groeiplaatsen-Hoge zandige kwelders (schorren), groene stranden, zeedijken, zeeklippen, brak hooiland, laag blijvend grasland achter zeedijken,
bermen van gepekelde autowegen, rotsen, duinen, tuunwallen op Texel en op zandduintjes langs het IJsselmeer.
Armeria maritima subsp. halleri-Zinkweiden, gazons van vroegere metaalfabrieken en bermen (langs wegen in de buurt van metaalfabrieken waar in de bodem zinkafval is verwerkt).
Verspreiding
Wereld-Kuststreken in koude en gematigde streken op het noordelijk halfrond en in Europese berggebieden.
Nederland-Armeria maritima subsp. maritima-Vrij zeldzaam. Inheems.
Armeria maritima subsp. halleri-Zeer zeldzaam langs de Geul in Zuid-Limburg.
Vlaanderen-Inheems. Zeldzaam.
Wallonië-Armeria maritima subsp. halleri-Inheems. Zeer zeldzaam (o.a. in zinkweiden langs de Vesder).
Toepassingen
De plant wordt ook in de siertuin gebruikt en dan vaak met rode bloemen.
2001-2023 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl