|
Wilde planten in Nederland en België |
|
Fijne ooievaarsbek - Geranium columbinum
Frysk-Fine earrebarrebek
English-Long-stalked Crane's-bill
Français-Géranium colombin
Deutsch-Tauben-Storchschnabel
Synoniemen
Familie-Geraniaceae (Ooievaarsbekfamilie)
Naamgeving (Etymologie)-De vrucht lijkt op de snavel van een ooievaar, vandaar de Nederlandse naam. Geranium komt van het Griekse geranios (kraanvogel), omdat de vrucht enigszins lijkt op de snavel van een kraanvogel. Columbinum betekent duifkleurig of duifachtig.
Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).
Levensduur-Eenjarig.
Plantvorm-Therofyt.
Hoofdbloei-Juni t/m september.
Afmeting-6-60 cm.
![]() © Willem Braam - verspreidingsatlas.nl |
|
|
|
Wortels
|
|
|
|
Stengels-De liggende of soms klimmende stengels zijn begroeid met verspreide, aanliggende haren (geen klierharen).
|
|
|
|
Bladeren-De onderste bladen zijn bijna tot de voet in langwerpige, veerdelige slippen gedeeld. De bovenste staan tegenover elkaar en zijn minder diep ingesneden. Het middendeel van de grootste bladen is aan de voet hooguit 2 mm breed.
|
|
|
|
Bloemen-Tweeslachtig. De bloemen staan op ranke stelen, zonder klierharen, die boven de bladen uit komen. De 7-9 mm lange kroonbladen zijn helder paars, zelden roze en niet of nauwelijks uitgerand. De kelkbladen zijn ongeveer even lang als de kroonbladen en lopen in een vrij lange naald uit. Na de bloei worden ze duidelijk groter.
![]() Annie Vos - verspreidingsatlas.nl | ![]() © Willem Braam - verspreidingsatlas.nl |
|
Vruchten en zaden-Een kluisvrucht. De ongeveer 2,5 cm lange (inclusief de snavel) vruchten zijn vijfdelig met vrijwel kale deelvruchten (zonder klierharen). De snavel van de deelvrucht buigt bij rijpheid boogvormig naar boven, waardoor de zaden vrijkomen. Tweezaadlobbig.
|
|
|
|
Biotoop
Bodem-Zonnige, warme, open plaatsen (pioniervegetatie) op matig droge tot matig vochtige, matig voedselarme tot voedselrijke, neutrale tot kalkrijke grond (zand, zavel, lichte klei en stenige plaatsen).
Groeiplaatsen-Struwelen, langs heggen, lichte voedselrijke bosranden, beweide zuidhellingen van dijken, op en langs veepaadjes in hellinggrasland, akkerranden (grazige glooiingen), soms in braakliggende akkers, bermen, spoorbermen, steenslag, kleigroeven en opgespoten en braakliggende grond.
Verspreiding
Wereld-West- en Midden-Europa, in het Middellandse-Zeegebied en in de Kaukasus.
Nederland-Inheems. Zeldzaam.
Vlaanderen-Inheems. Zeldzaam.
Wallonië-Inheems. Vrij algemeen.
2001-2023 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl