Wilde planten in Nederland en België | ||
Fijn venushaar - Adiantum raddianum (Echt venushaar - Adiantum capillus-veneris)
Frysk:
English: Delta maidenhair
Français: Fougère Capillaire
Deutsch: Dreieckiger Frauenhaarfarn
Synoniemen:
Familie: Pteridaceae (Lintvarenfamilie)
Naamgeving (Etymologie): Venushaar dankt de Nederlandse naam aan de draaddunne bladstelen. Mogelijk komt Adiantum uit het Grieks. A betekent niet en diaino is bevochtigen, dus de plant houdt geen water vast. Het kan ook afkomstig zijn van adianton en dat betekent dat de druppels na besproeiing niet van de bladeren glijden. Raddianum is genoemd naar de Italiaanse botanist Giuseppi Raddi (1770-1829). Capillus-veneris betekent venushaar.
Een andere soort: Echt venushaar (Adiantum capillus-veneris). Zie onderaan deze pagina.
Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).
Levensduur: Overblijvend.
Plantvorm: Sporenplant.
Winterknoppen: Hemikryptofyt.
Rijpe sporen: Juli, augustus, september en oktober.
Afmeting: 15-40 cm.
Wortels: Een kruipende, zwarte, donkerbruin beschubde wortelstok.
Stengels: De bladstelen zijn zeer dun. Ze zijn tot aan de top bruinzwart en vaak langer dan de bladschijf.
|
|
|
|
Bladeren: De tere bladen zijn twee- tot drievoudig geveerd met duidelijk gesteelde, vrij ver van elkaar staande blaadjes. De bladrand is gelobd en/of met enkele onregelmatige insnijdingen. De nerven eindigen tussen de tandjes van de bladrand.
Vruchten: De sporenhoopjes zijn langwerpig of eirond. Ze staan overdwars aan de top van de lobben en zijn door een hoefijzervormig dekvliesje bedekt, dat met de rand van de lob samenhangt (door de omgerolde bladrand bedekt) en zich van binnen opent.
|
|
|
|
Biotoop
Bodem: Licht beschaduwde, humusrijke, al of niet kalkrijke, vochtige, maar goed gedraineerde bodems en met een hoge luchtvochtigheid en op stenige plaatsen.
Groeiplaatsen: Natte of vochtige muren, rotswanden, in rotsspleten en op rotsen langs rivieren en watervallen.
Verspreiding
Wereld: Oorspronkelijk uit Zuid-Amerika. Elders plaatselijk ingeburgerd. Vaak als kamerplant in cultuur.
Nederland: Zeer zeldzaam. Recent ingeburgerd in enkele stedelijke gebieden.
Vlaanderen: Zeer zeldzaam ingeburgerd in enkele stedelijke gebieden.
Wallonië: Niet ingeburgerd.
Toepassingen: Venushaar werd als shampoo gebruikt voor een betere haargroei en eveneens als medicijn tegen allerlei kwalen.
Echt venushaar - Adiantum capillus-veneris
Echt venushaarstaat op open tot licht beschaduwde, kalk- en humusrijke, vochtige maar goed gedraineerde bodems en met een hoge luchtvochtigheid. Ze groeit op rotswanden, in rotsspleten en op kliffen langs beken en rivieren, vaak in de spatzone daarvan. Verder op ruines, in riolen en op oude muren. De plant is inheems in Zuid- en West-Europa maar is als verwilderde sierplant wereldwijd verspreid in de gematigde
en subtropische streken, en hier en daar ook in de tropen. In Nederland is de soort opgedoken in Wijlre en wel op een muur onder een lekplaats van het afdak. De bladen van Echt venushaar zijn twee- tot drievoudig geveerd, de bladrand is gelobd en/of met enkele onregelmatige insnijdingen. De sporenhoopjes zonder dekvliesje worden door de omgerolde bladrand bedekt. Ze lijkt daardoor sterk op Fijn venushaar maar de nerven van Echt venushaar eindigen echter in de tandjes van de bladrand.
CC-BY-SA 3.0 René van Moorsel, 2014
Echt venushaar heeft een kruipende, zwarte, donkerbruin beschubde wortelstok. De bladen zijn teer met een dunne, tot aan de top bruinzwarte steel, die vaak langer dan de schijf is. Deze is dubbel gevind met duidelijk gesteelde, vrij ver van elkaar staande blaadjes van de 1e en 2e orde. Ook de steeltjes zijn zeer dun en bruinzwart. De blaadjes van de 2e orde zijn scheef deltavormig met een schuin wigvormige voet en een schuin, afgerond, gelobd tot gespleten topdeel. De sori zijn langwerpig of eirond, zij staan
overdwars aan de top van de lobben en zijn door een rechthoekig dekvliesje, dat met de rand van de lob samenhangt en zich van binnen opent, bedekt.
10-40 cm.
Juni-september.
Het grootste verschil met Fijn venushaar is de vorm van de geclusterde sori en desgevolg de vorm van het dekvliesje. Die is hoefijzervormig en niet rechthoekig zoals bij Echt venushaar.
De plant behoort in Zuid-Europa thuis, waar zij op vochtige rotsen en in grotten groeit. In Nederland en Belgie wordt de plant verwilderd in vooral stedelijke omgeving aangetroffen zoals in keldergaten en straatputten.
https://waarnemingen.be
|
|
|
|
Verspreiding
Wereld: Warm-gematigde tot tropische gebieden in Amerika, Europa, Azië, Afrika en Australië.
Nederland: Niet ingeburgerd.
Vlaanderen: Zeer zeldzaam. Nog niet ingeburgerd, maar mogelijk inburgerend in een paar stedelijke gebieden.
Wallonië: Niet ingeburgerd.
2001-2021 K.M. Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NL