Wilde planten in Nederland en België

Geelgroene vrouwenmantel - Alchemilla xanthochlora

Frysk-Gielige liuweprint

English-Intermediate Lady's mantle

Français-Alchémille vert jaune

Deutsch-Gelbgrüne Frauenmantel

Synoniemen

Familie-Rosaceae (Rozenfamilie)

Naamgeving (Etymologie)-Vrouwenmantel heeft haar naam gekregen omdat de bladeren als een ouderweste mantel geplooid zijn. Alchemilla komt van het Arabische alkemelieh (alchemie), omdat de dauwdruppels, die op de bladen voorkomen, door de alchimisten bij hun experimenten om goud uit allerlei stoffen te verkrijgen, gebruikt werden. Ook bij hun zoeken naar de steen der wijzen werd de plant gebruikt, want men beweerde dat zij geheime krachten bevatte. Xanthochlora betekent geelgroen.

Opmerking-Alchemilla vulgaris is de verzamelnaam van een zeer variabele soort, die tegenwoordig verdeeld wordt in aparte soorten.

Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).

Levensduur-Overblijvend.

Plantvorm- Hemikryptofyt.

Hoofdbloei-Mei t/m november.

Afmeting-15-80 cm.


© Peter Meininger - verspreidingsatlas.nl


kuleuven-kulak.be/bioweb


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0

Wortels-Een houtige voor een deel boven de grond kruipende wortelstok.


herbariaunited.org


herbariaunited.org


herbariaunited.org


herbariaunited.org

Stengels-De bladstelen zijn begroeid met rechtopstaande of schuin omhoog groeiende haren.


kuleuven-kulak.be/bioweb


kuleuven-kulak.be/bioweb


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0

Bladeren-De bovenkant van de wortelbladen is kaal, maar soms groeien enkele haren aan de bladranden en in de plooien. De wortelbladen hebben brede en meestal afgeronde lobben. De steunblaadjes van de wortelbladen verdrogen niet snel.


kuleuven-kulak.be/bioweb


kuleuven-kulak.be/bioweb


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0

Bloemen-Tweeslachtig. Een samengestelde bebladerde bloeiwijze met groengele, 2-4 mm grote bloemen. De bloemen hebben geen kroonbladen, maar wel vier kelkbladen, vier bijkelkbladen, vier meeldraden, waarvan de helmknoppen niet openspringen, en één onderstandige stamper. De kelkbuis is kaal of soms met een enkele haar. De kelkbladen zijn korter of iets langer dan de kelkbuis. Na de bloei staan ze omhoog gericht. De bijkelkbladen zijn veel kleiner dan de kelkbladen.


Julien Barataud - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr


kuleuven-kulak.be/bioweb


kuleuven-kulak.be/bioweb


kuleuven-kulak.be/bioweb

Vruchten en zaden-Een eenzadige dopvrucht of nootje. Tweezaadlobbig.


©2006 Digital Plant Atlas - cc by-nc-sa 3.0 nl

Biotoop

Bodem-Zonnige of half beschaduwde plaatsen op vrij droge tot vrij natte, matig voedselrijke, neutrale tot licht kalkhoudende, grazige grond.

Groeiplaatsen-Bermen, nat bemest grasland, bosranden, duinen en langs beken en rivieren.

Verspreiding

Wereld-Oorspronkelijk uit West- en Midden-Europa.

Nederland-Inheems. Zeer zeldzaam.

Vlaanderen-Inheems. Zeer zeldzaam.

Wallonië-Inheems. Vrij algemeen.

Toepassingen

Vrouwenmantels kennen een veelzijdige medicinale toepassing. Vroeger werd vrouwenmantel o.a. toegepast tegen ernstige menstruatiepijnen.

2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl