|
Wilde planten in Nederland en België |
|
Geelrode naaldaar - Setaria pumila
Frysk-Skiere swartkopraai
English-Yellow Bristlegrass
Français-Sétaire glauque
Deutsch-Fuchsrote Borstenhirse
Synoniemen-Setaria glauca, Zeegroene naaldaar
Familie-Poaceae (Grassenfamilie)
Naamgeving (Etymologie)-Setaria is afgeleid van het Latijnse seta (borstel), vanwege de borstels, die de aartjes omgeven. Pumila betekent dwergachtig of laag.
Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).
Levensduur-Eenjarig.
Plantvorm-Therofyt.
Hoofdbloei-Juli t/m november.
Afmeting-5-75 cm.
|
|
|
|
Wortels
|
|
Stengels
|
|
|
|
Bladeren-De bladen zijn iets blauwig, Op de voet van het blad groeien lange haren (minstens 0,5 cm). De bladschede is niet gewimperd.
Bloemen-Tweeslachtig. De trosvormige aartjes staan ieder apart op niet vertakte steeltjes. De aartjes zijn 1,5-2 mm breed. De aartjessteel heeft vijf tot tien roodachtig gele borstels met naar boven gerichte tandjes. De vruchtbare bloem is voor hoogstens 2/3 deel bedekt door het bovenste kelkkafje. De kroonkafjes hebben dwarsrimpeltjes. Het bovenste kelkkafje is ongeveer even groot als het onderste. De vijf tot tien borstels onder de aartjes zijn eerst geel, maar worden later rood-oranje.
|
|
|
|
Vruchten en zaden-Een graanvrucht. De zaden zijn langlevend (langer dan vijf jaar). Eenzaadlobbig.
|
|
|
|
Biotoop
Bodem-Zonnige, warme, open plaatsen (pionier) op droge, matig voedselrijke, omgewerkte, humusarme, kalkarme tot kalkhoudende grond (zand, leem en kleiachtig).
Groeiplaatsen-Kalkarme akkers, akkerranden (met name aan de zuidkant van maisakkers), tussen plaveisel, ruderale plaatsen, omgewerkte bermen, plantsoenen, industrie- en haventerreinen, stortterreinen, duinen, spoorwegterreinen en langs de Maas.
Verspreiding
Wereld-Gebieden met een gematigd of vrij warm klimaat in alle werelddelen.
Nederland-Ingeburgerd in de 19de eeuw. Algemeen.
Vlaanderen-Ingeburgerd. Vrij algemeen.
Wallonië-Ingeburgerd. Zeldzaam.
2001-2023 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl