Frysk-Eskdoarn English-Sycamore Français-Erable sycomore Deutsch-Berg-Ahorn Synoniemen Familie-Sapindaceae (Zeepboomfamilie) Naamgeving (Etymologie)-Acer betekent scherp. Het hout werd voor speren gebruikt. Pseudoplatanus betekent dat de boom op een Plataan lijkt. Andere soorten-Plataan is een boom die, qua bladvorm, op de esdoorn lijkt. Er zijn verschillende kruisingen van de Westerse plataan (Platanus occidentalis), die in Noord-Amerika voorkomt en de Oosterse plataan (Platanus orientalis) uit Zuidwest-Azië en Zuidoost-Europa. Er kunnen echter ook nog andere stamouders zijn. Een kenmerk van de boom is dat de schors in grote plakaten afschilfert van de stam. Platanen worden veel langs wegen aangeplant, verwilderen soms, maar zijn niet ingeburgerd in België en Nederland.
Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten). Levensduur-Overblijvend. Plantvorm-Fanerofyt. Hoofdbloei-April t/m juni. Afmeting-Tot 30 meter.
Stam-De dunne schors is grijs. Eerst is hij glad, maar later gaat de schors schilferen.
Takken-De boom is wijd vertakt. Jonge takken zijn kaal. De groene bladknoppen zijn dik en eivormig.
Bladeren-Kiemplanten hebben ongedeelde langwerpig driehoekig-eironde bladeren. De tegenoverstaande bladeren zijn van boven donkergroen en aan de onderkant blauwachtig groen of roodachtig. Ze worden 10-25 cm lang. In de nerfoksels zitten haarbosjes, maar verder zijn ze kaal. De bladeren zijn handlobbig met meestal vijf (soms drie of zeven) toegespitste, grof getande lobben. De bladsteel.is roodachtig. De bladeren verschijnen iets eerder dan de bloeiwijzen. In de herfst worden ze geel.
Bloemen-Polygaam. Ze vormen smalle, hangende, 5-15 cm lange pluimen. De bloemen zijn geelgroen en 6-7 mm. Elke bloem heeft vijf vrijstaande kelkbladen en kroonbladen en acht meeldraden. Het vruchtbeginsel is bovenstandig. De bloemen verschijnen tegelijk of iets later dan de bladeren.
Vruchten en zaden-De vleugels van de vruchthelften maken een rechte of scherpe hoek met elkaar. De splitvruchten zijn kaal. De zaden zijn zeer kortlevend (korter dan één jaar). Tweezaadlobbig.
Biotoop Bodem-Zonnige of licht beschaduwde plaatsen op droge tot matig vochtige, matig voedselrijke of voedselrijke, zwak zure of kalkhoudende grond (vaak op zand of stenige plaatsen). Groeiplaatsen-Loofbossen, bosranden, kreupelhout, hakhout, heggen, waterkanten, ravijnen, hellingen, duinhellingen, binnenduinen en zaailingen in het grind van spoordijken en op spoorwegterreinen. Verspreiding Wereld-Oorspronkelijk uit Zuidwest-Azië en de gebergten in Zuid- en Midden-Europa. Sinds de latere Middeleeuwen ook in Noordwest-Europa. Nederland-Ingeburgerd in de 17de eeuw. Algemeen.
Vlaanderen-Inheems. Algemeen. Wallonië-Inheems. Algemeen. Toepassingen Het hout is geelwit en wordt gebruikt voor het maken van meubels en muziekinstrumenten. 2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl |