Naamgeving (Etymologie): Kaasjeskruid heeft te maken met de vruchten, die op een kaasje lijken. Malva komt van het Griekse malacos (zacht), omdat de Malva's een verzachtend slijm bevatten. Sylvestris betekent in het bos groeiend.
Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).
Bladeren: De verspreidstaande bladeren en bladstelen zijn
behaard.
De stengelbladeren zijn rondachtig met drie tot zeven gezaagde,
spitse lobben. Er zijn steunblaadjes.
Bloemen: Tweeslachtig. De bloemen staan met twee tot zes bij elkaar in de bladoksels. De vijf kroonbladen zijn 2-3 cm lang, diep uitgerand, roze met donkere strepen en drie tot vier keer zo lang als de kelk. De kelk is tot op de helft ingesneden. De drie bijkelkbladen zijn elliptisch , behaard en 4-8 mm. Na de bloei blijven de bloemstelen rechtop of schuin omhoog staan.
Vruchten: Een splitvrucht. De deelvruchtjes zijn niet of weinig behaard. Op de rugkant zie
je een mazenpatroon. De vruchtstelen staan rechtop of schuin af. De zaden zijn langlevend (langer dan vijf jaar). Tweezaadlobbig.
Bodem: Zonnige, vaak iets open plaatsen op matig droge tot vochtige, voedselrijke, vaak omgewerkte of betreden, humusrijke en goed doorlatende grond (leem, zavel, klei en stenige grond).
Groeiplaatsen:
Bermen, wegkanten, dijken, akkers (akkerranden), ruigten, puin, braakliggende grond, zeeduinen, langs spoorwegen (spoorbermen en spoorwegterreinen), haventerreinen,
industrieterreinen en tussen straatstenen.
Verspreiding
Wereld: Oorspronkelijk uit Europa en Azië. Nu in alle werelddelen, in gebieden met een gematigd of substropisch klimaat.
Nederland: Vrij algemeen, met name in Zeeland. Vrij zeldzaam in het oosten en midden van het land.
Vlaanderen: Algemeen.
Wallonië: Algemeen, maar veel zeldzamer in de Ardennen.
Oude illustraties (Klik op een afbeelding om te vergroten).
Flora Batava, deel 1, Jan Kops (1800)
Afbeeldingen der artseny-gewassen met derzelver Nederduitsche en Latynsche beschryvingen, deel 3, Johan Carl Krauss (1796)
Cruijdeboek, deel 5, Rembert Dodoens. Cruyden, wortelen ende vruchten, diemen in die spijse ghebruyckt (1554)
Naturalis Biodiversity Center, Leiden
Botanischer Bilderatlas nach dem natürlichem Pflanzensystem, K. Hoffmann, E. Dennert (1911)
Kräuterbuch, Unsere Heilpflanzen in Wort und Bild, Friedrich Losch (1905)
Flora regni borussici, deel 3, A.G. Dietrich (1835)
Medizinal Pflanzen, deel 1, F.E. Köhler, W. Müller (1887)
New Kreüterbuch, L. Fuchs (1543)
Icones plantarum medico-oeconomico-technologicarum, deel 2, F.B. Vietz (1804)
Svensk botanik, deel 9, J.W. Palmstruch e.a. (1807-1838)
Flora Danica, Georg Christian Oeder e.a. (1761-1888)
A curious herbal, deel 1, E. Blackwell (1737)
British entomology, deel 7, J. Curtis (1823-1840)
Herbarium Blackwellianum, deel 1, E. Blackwell (1750)
Flore médicale, deel 4, F.P. Chaumeton (1830)
Grandes Heures Anne de Bretagne, Jean (Jehan) Bourdichon (1503-1508)
Sylvestris malva procerior vulgaris
Plantarum seu stirpium icones, deel 1, M. de Lobel (1581)
Deutschlands Flora in Abbildungen, Jacob Sturm und Johann Georg Sturm
Botanischer Bilderatlas nach De Candolle's Natürlichem Pflanzensystem, Carl Hoffmann (1884)
Botanische Wandtafeln, A. Peter (1901)
Unsere Unkräuter, Zweite Auflage, L. Klein (1926)
Atlas der officinellen Pflanzen, deel 3, O.C. Berg, C.F. Schmidt (1896-1899)
Die officinellen Pflanzen der Pharmacopoea Germanica, F.G. Kohl (1891-1895)
Plantae medicinales, deel 2, Nees von Esenbeck, M.F. Wijhe (1828-1833)
Hortus floridus, fasicle pars altera, C. van de Passe (1614)
Flora Londinensis, deel 2, William Curtis (1777-1778)
English Botany, or Coloured Figures of British Plants, deel 2, J.E. Sowerby (1864)
Medical Botany, deel 4, W. Woodville, W.J. Hooker, G. Spratt (1832)
Illustrations of the British Flora, Walter Hood Fitch (1924)
Herbier de la France, deel 6, P. Bulliard (1776-1783)
Flora Parisiensis, deel 1, P. Bulliard (1776-1781)