Frysk English-Greater Venus's-looking-glass Français-Miroir de Vénus Deutsch-Echter Frauenspiegel Synoniemen Familie-Campanulaceae (Klokjesfamilie) Naamgeving (Etymologie)-Legousia is vernoemd naar de Fransman Legous de Gerland, stichter van de botanische tuin in Dijon in 1773. Speculum-veneris betekent Venusspiegel. Volgens een oude verhaal was de Venusspiegel, de spiegel die Venus in haar bezit had, een magische spiegel die schoonheid toevoegde aan wat er in te zien was. Ze verloor die schat op een keer en de spiegel werd door een herder gevonden die, plotseling verbaasd was over zijn eigen schoonheid in de spiegel. Cupido, die het glas zocht, was verontwaardigd dat zijn moeders spiegel zo behandeld werd door een herder. Hij stootte de spiegel uit zijn handen en liet de herder verbaasd achter. Maar de spiegel liet zijn indruk achter op de bloem die hem het eerst ontvangen had en dat was het spiegelklokje. Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten). Levensduur-Eenjarig. Plantvorm-Therofyt. Hoofdbloei-Juni t/m augustus. Afmeting-10-40 cm.
Wortels-Worteldiepte tot 20 cm.
Stengels-De rechtopstaande of opstijgende stengels zijn vaak vanaf de voet vertakt. Ze zijn maar weinig behaard.
Bladeren-De bladen zijn langwerpig, maar de onderste zijn omgekeerd eirond. Ze hebben een vrij vlakke rand en zijn zwak gekarteld.
Bloemen-Tweeslachtig. Een grote, meestal losbloemige pluim met blauwpaars of zelden witte, 1,5-2,5 cm grote bloemen. Deze bloemen zijn vrij vlak, gaan bijna stervormig open en zijn tot iets minder dan de helft ingesneden. De recht afstaande kelkslippen zijn lijnvormig of langwerpig, even lang als tot iets langer dan de kroon en iets korter dan het vruchtbeginsel. De bloemen hebben een korte steel. De bloemen zijn ook bij bewolkt weer open.
Vruchten en zaden-De doosvruchten, met afstaande kelktanden, zijn 1-1½ cm lang. Ze springen boven het midden met drie lengtespleten open. Tweezaadlobbig.
Biotoop Bodem-Zonnige, open plaatsen op vochtige, matig voedselrijke, kalkrijke grond (zand, leem, zavel, lichte klei, löss en mergel). Groeiplaatsen-Graanakkers, braakliggende stoppelvelden, open plaatsen in bermen en op dijken, braakliggende grond, als adventief bij graansilo's op haventerreinen en spoorwegterreinen. Verspreiding Wereld-Zuidwest-Azië, Noordwest-Afrika (Atlasgebergte) en Midden- en Zuid-Europa. Nederland-Archeofyt. Zeldzaam.
Vlaanderen-Archeofyt. Zeer zeldzaam. Wallonië-Archeofyt. Zeer zeldzaam. 2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl |