Wilde planten in Nederland en België | ||
Hoefijzervaren - Adiantum pedatum (Noordelijke hoefijzervaren - Adiantum aleuticum)
Frysk:
English: Five-finger fern
Français: Adiante du Canada
Deutsch: Pfauenrad-Frauenhaarfarn
Synoniemen: Adiantum diaphanum
Familie: Pteridaceae (Lintvarenfamilie)
Naamgeving (Etymologie): Mogelijk komt Adiantum uit het Grieks. A betekent niet en diaino is bevochtigen, dus de plant houdt geen water vast. Het kan ook afkomstig zijn van adianton en dat betekent dat de druppels na besproeiing niet van de bladeren glijden. Pedatum komt uit het Latijn en betekent met voeten, naar de vogelpootvormige bladen. Aleuticum betekent van de Aloeten (een langgerekte eilandengroep in de Grote oceaan ten westen van Alaska).
Een andere soort: Noordelijke hoefijzervaren (Adiantum aleuticum)
Adiantum aleuticum is een handvormig opgedeelde varen: de vertakkingen in het blad komen dicht bijeen vanuit de blad-as. De stengel van het blad en de as van de deelblaadjes, waar de scheef gevormde blaadjes van de laatste orde kortgesteeld op staan, is zwart. De plant heeft rechthoekige sporenhoopjes met dekvliesjes. De blaadjes zijn scherp getand en tot 0,6 mm gesteeld.
Door de handvormig opgedeelde bladeren is verwarring met Echt venushaar A. capillus-veneris en Fijn venushaar A. raddianum uit te sluiten. Smal venushaar A. diaphanum is wel handvormig opgedeeld maar heeft ronde sporenhoopjes zonder dekvliesjes.
In Nederland is verder Adiantum pedatum voor het eerst in 2010 aangetroffen. Deze heeft net als Adiantum aleuticum rechthoekige sporenhoopjes met een dekvliesje. De blaadjes van A. pedatum zijn echter stomp getand en hebben steeltjes van 0,6-0,9 mm.
Adiantum aleuticum is in 2016 in Belgie aangetroffen op een muurtje te Assebroek. In Nederland is deze nog niet bekend, al kan er een melding tussen aangenomen Adiantum pedatum zitten.
Bron: https://waarnemingen.be
Ken-ichi Ueda - CC BY 4.0
Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).
Levensduur: Overblijvend.
Plantvorm: Sporenplant.
Winterknoppen: Hemikryptofyt.
Rijpe sporen: Juli, augustus, september en oktober.
Afmeting: 10-20 cm.
|
|
|
|
Wortels: Een korte, kruipende, geel-bruin beschubde wortelstok.
Stengels: De zeer fijne bladstelen zijn aan de basis gegroefd en purper tot zwart van kleur. Ze bevatten één V-vormige vaatbundel. De bladsteel is ongeveer even lang als het blad.
|
|
|
|
Bladeren: De kale, grijsgroene bladen zijn een aantal keren gevorkt (handvormig gedeeld), waarvan alleen de eerste keer symetrisch. De andere zijblaadjes zijn asymetrisch (ze hebben een ongelijke lengte). Vruchtbare en onvruchtbare bladen hebben dezelfde vorm.
|
|
|
|
Vruchten: De sporenhoopjes (zonder dekvliesje) zijn rond tot ovaal en vind je in groepjes onder de omgebogen toppen van de bladrand.
|
Biotoop
Bodem: Licht beschaduwde plaatsen op vochtige tot natte muren en op vochtige, humusrijke, bosgrond.
Groeiplaatsen: Muren en loofbossen.
Verspreiding
Wereld: Hoefijzervaren: Oorspronkelijk uit Noord-Amerika. Ingeburgerd in o.a. Europa en Azië.
Noordelijke hoefijzervaren: Oorspronkelijk uit Noord-Amerika.
Nederland: Hoefijzervaren: Zeer zeldzaam. Tuinplant. Recent inburgerend in enkele stedelijke gebieden.
Noordelijke hoefijzervaren: Niet in Nederland.
Vlaanderen: Hoefijzervaren: Niet in Vlaanderen.
Noordelijke hoefijzervaren: Zeer zeldzaam.
Wallonië: Hoefijzervaren: Niet in Wallonië.
Noordelijke hoefijzervaren: Niet in Wallonië.
2001-2021 K.M. Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NL