Frysk-Lytse tef English-Little Lovegrass Français-Petite éragrostide Deutsch-Kleines Liebesgras Synoniemen-Eragrostis pooides var. minor, Eragrostis suaveolens Familie-Poaceae (Grassenfamilie) Naamgeving (Etymologie)-Eragrostis komt van het Griekse eros (liefde) en agros (veld), hetgeen slaat op de sierlijkheid van de aartjes. Minor betekent kleiner. Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten). Levensduur-Eenjarig. Plantvorm-Therofyt. Hoofdbloei-Juli t/m november. Afmeting-5-50 cm.
Wortels
Stengels-Liggende of opstijgende stengels.
Bladeren-De bladen hebben donkere, komvormige klieren (klierputjes) op de nerven van de bladschede en aan de rand van de bladschijf. De bladschede is begroeid met lange, zachte haren.
Bloemen-Tweeslachtig. De bloeiwijze is vrij los. De onderste takken staan alleen of met twee bij elkaar. De aartjes zijn 0,4-1,1 cm, met vijf tot twintig bloemen. Op de aartjesstelen zitten donkere, komvormige klieren (zie bij bladen). De kelkkafjes zijn ongeveer even lang. De lemma's zijn meestal zwartpaars.
Vruchten en zaden-Een graanvrucht. De vruchten zijn roodbruin van kleur. Eenzaadlobbig.
Biotoop Bodem-Zonnige, warme, open plaatsen (tredplant) op droge tot vochtige, matig voedselrijke tot zeer voedselrijke, betreden of omgewerkte, vaak stenige grond. Groeiplaatsen-Spoorbermen, weinig belopen delen van perrons, perken, tuinen, wegranden, tussen straatstenen en langs trottoirs. Verspreiding Wereld- Oorspronkelijk uit Zuid-Europa. Nederland-Ingeburgerd tussen 1900 en 1924. Vrij algemeen. Vlaanderen-Ingeburgerd. Vrij algemeen. Voor het eerst gevonden omstreeks 1850. Wallonië-Plaatselijk vrij algemeen, met name in stedelijke omgeving. 2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl |