Wilde planten in Nederland en België

Laurierwilg - Salix pentandra

Frysk-Laurierwylch

English-Bay Willow

Français-Saule laurier

Deutsch-Lorbeerweide

Synoniemen

Familie-Salicaceae (Wilgenfamilie)

Naamgeving (Etymologie)-Salix komt mogelijk van het Keltische sal (dicht bij water), hetgeen te maken heeft met de groei van veel wilgensoorten langs het water. Het kan echter ook afkomstig zijn van het Latijnse salire, dat snel groeien betekent. Veel wilgensoorten groeien snel. Pentandra betekent met vijf meeldraden.

Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).

Levensduur-Overblijvend.

Plantvorm-Fanerofyt.

Hoofdbloei-Mei en juni.

Afmeting-1½-12 meter.


© Peter Meininger - verspreidingsatlas.nl


MPF - cc by 2.5


vadimrybakov69 - cc by-nc 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiant - cc by-sa 4.0

Stam-De schors is grijsbruin en gegroefd.


MPF - cc by 2.5


Malcolm Storey - bioimages.org.uk - cc by-nc-sa-2.0 uk


Malcolm Storey - bioimages.org.uk- cc by-nc-sa-2.0 uk


Malcolm Storey - bioimages.org.uk - cc by-nc-sa-2.0 uk

Takken-Jonge takken zijn glanzend roodbruin, kaal, eerst kleverig en aan de voet vaak bros. Ze verspreiden bij wrijven een balsemgeur.


olegdavydov - cc by-nc 4.0


Malte - cc by 3.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiant - cc by-sa 4.0


Malcolm Storey - bioimages.org.uk - cc by-nc-sa-2.0 uk

Bladeren-De glanzend donkergroene bladeren zijn langwerpig, breder dan die van de andere laatbloeiende wilgen (ze zijn twee tot vier keer zo lang als breed), 5-12 cm lang en tot 5 cm breed. Ze hebben een wigvormige voet en een toegespitste top. Ze zijn kaal en enigszins leerachtig. Aan de bovenkant zijn ze sterk glanzend. De rand is fijn en klierachtig gezaagd, met vier of meer knopvormige kliertjes aan de bladvoet en aan de top van de bladsteel. Meestal zonder of met kleine steunblaadjes.


Piet Bremer - cc by-nc-sa 3.0 nl


Aron Beha - cc by-nc 4.0


JoJan - Public Domain


Pleple2000 - gfdl

Bloemen-Eenslachtig. Tweehuizig. De bloemen bloeien pas nadat de bladeren zijn verschenen. De 2-5 cm grote katjes zijn in omtrek rond. Ze hebben geelgroene schutbladen. Elke bloem heeft twee honingklieren. Mannelijke bloemen zijn lichtgeel met (vier-)vijf tot tien meeldraden (de onderste soms minder dan vier), vrouwelijke bloemen zijn groenachtig.


Piet Bremer - cc by-nc-sa 3.0 nl


© Peter Meininger - verspreidingsatlas.nl


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiant - cc by-sa 4.0


Malcolm Storey - bioimages.org.uk - cc by-nc-sa-2.0 uk

Vruchten en zaden-Een doosvrucht. De vruchten met vruchtpluis zijn rijp in de herfst. Tweezaadlobbig.


Sten - cc by-sa 3.0


Malte - cc by 3.0


Malte - cc by 3.0


©2006 Digital Plant Atlas - cc by-nc-sa 3.0 nl

Biotoop

Bodem-Zonnige, soms licht beschaduwde plaatsen op natte, vrij voedselarme, zwak zure grond (zand en veen).

Groeiplaatsen-Dichtgroeiend blauwgrasland, waterkanten, duinvalleien, dichtgroeiende trilvenen en beekdalmoerassen, moerasbossen, rivierbegeleidende bossen en moerasstruwelen.

Verspreiding

Wereld-Koude en gematigde streken in Europa en Azië. In Zuidwest-Europa alleen in gebergten.

Nederland-Inheems. Vrij zeldzaam.

Vlaanderen-Niet ingeburgerd. Zeldzaam.

Wallonië Ingeburgerd. Zeer zeldzaam.

2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl