Naamgeving (Etymologie): Alopecurus komt van het Griekse alopex (vos) en oura (staart), vanwege de vorm van de aar. De Nederlandse naam vossenstaart heeft dezelfde betekenis. Aequalis betekent gelijkmatig.
Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).
Levensduur: Eenjarig, maar soms overblijvend.
Plantvorm: Kruid.
Winterknoppen: Therofyt of hemikryptofyt.
Bloeimaanden: Mei, juni, juli, augustus en september.
Bloemen: Tweeslachtig. De aartjes worden 2-2½ mm lang. De helmknoppen zijn wittig, maar later worden ze helder oranjegeel of goudgeel. Na de bloei vallen ze spoedig af. De korte naalden steken niet of nauwelijks buiten de aartjes uit. De naald van het onderste kroonkafje is boven het midden aangehecht.
Vruchten: Een graanvrucht. De zaden zijn langlevend (langer dan vijf jaar). Eenzaadlobbig.
Digitale zadenatlas
Biotoop
Bodem: Zonnige of soms licht beschaduwde, vrij open plaatsen (pionier) op natte, voedselrijke, met name stikstofrijke, zwak zure tot kalkrijke grond (allerlei grondsoorten).
Groeiplaatsen: Waterkanten (drooggevallen oevers, langs greppels, poelen, vervuilde vennen, oude rivierlopen en vertrapte weilandsloten), uiterwaarden, grasland, afgravingen (zand-, leem- en kleigroeven),
ijsbaantjes, baggerstortterreinen,
opgespoten grond en bossen (poeltjes).
Verspreiding
Wereld: Gematigde en koudere streken op het noordelijk halfrond.
Nederland: Vrij algemeen in het zuidelijke deel van ederland. Elders veel zeldzamer of ontbrekend.
Vlaanderen: Vrij algemeen. Het meest in het oosten.
Wallonië: Zeldzaam.
Oude illustraties (Klik op een afbeelding
om te vergroten).
Flora Batava, deel 23, Jan Kops, F.W. van Eeden en L.Vuyck (1911)
Deutschlands Flora in Abbildungen, Jacob Sturm und Johann Georg Sturm
Fig. 10-11
Genera plantarum florae germanicae, Monocotyledones 1 Graminae, deel 2, T.F.L. Nees von Esenbeck (1843)
Flora Danica Georg
Christian Oeder e.a. (1761-1888)