|
Wilde planten in Nederland en België |
|
Ruwe bies - Schoenoplectus tabernaemontani
Frysk-Kokel
English-Grey Club-rush
Français-Jonc des chaisiers glauque
Deutsch-Salz-Teichsimse
Synoniemen-Steenbies, Scirpus lacustris subsp. tabernaemontani, Scirpus lacustris subsp. glaucus
Familie-Cyperaceae (Cypergrassenfamilie)
Naamgeving (Etymologie)-Schoenoplectus is afgeleid van het Griekse schoinos (bies). Tabernaemontani is afgeleid van Tabernaemontanus, de gelatiniseerde naam van Bergzabern, de geboorteplaats van de botanicus Jakob Dietrich (Jacob Theodor) Müller (1522-1590).
Kruising-Grauwe bastaardbies (Schoenoplectus x kuekenthalianus) is de kruising van Ruwe bies en Driekantige bies.
Opmerking-Fransje is een vruchtbare tussenvorm van Mattenbies en Ruwe bies (zie bij Mattenbies).
Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).
Levensduur-Overblijvend.
Plantvorm-Helofyt.
Hoofdbloei-Juni t/m november.
Afmeting-50-280 cm.
|
|
|
|
Wortels-Een eerst witte en later geel of geelbruin wordende, zachte en taaie wortelstok. Zowel op de aftakkingspunten als daartussen is hij beworteld.
|
|
|
|
Stengels-De blauwgroene of grijsgroene stengels zijn meestal rolrond. Aan de voet zijn ze meestal duidelijk knotsvormig verdikt. Ze dragen geen of slechts één blad.
|
|
|
|
Bladeren-De bladscheden rafelen niet of maar weinig.
|
|
|
|
Bloemen-Tweeslachtig. De bloemen zijn vaak ineengedrongen tot een kluwen. De aren zijn eivormig of langwerpig en iets rood van kleur, doordat de kafjes helemaal met rode wratjes bezet zijn. De stijl heeft meestal twee stempels, zelden zijn het er drie.
|
|
Vruchten en zaden-De nootjes zijn platbol (lensvormig) en worden 2-2½ mm lang. Eenzaadlobbig.
|
|
|
|
Biotoop
Bodem-Zonnige plaatsen op natte, matig voedselrijkeof voedselrijke, meestal brakke, basische, kalkhoudende, slibrijke grond (klei, leem en zand) en in stilstaand tot zwak stromend water.
Groeiplaatsen-Moerassen, in en langs kanalen, kreken en plassen, op met slib bedekte oeververstevigingen langs rivieren, langs sloten in het kustgebied, rietland, kraggen, zoetwatergetijdengebied, langs duinplassen, kleigroeven, leemputten en zandputten, opgespoten grond, bermgreppels van gepekelde autowegen en mijnslikstortplaatsen.
Verspreiding
Wereld-Gematigde en warmere streken op het noordelijk halfrond. Nauw verwante soorten groeien op het zuidelijk halfrond.
Nederland-Inheems. Vrij algemeen.
Vlaanderen-Inheems. Vrij algemeen.
Wallonië-Inheems. Zeldzaam.
2001-2023 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl