|
Wilde planten in Nederland en België |
|
Stekende wolfsklauw - Spinulum annotinum
Frysk-Stikelige wolvepoat
English-Interrupted Clubmoss
Français-Lycopode à feuilles de genèvrier
Deutsch-Sprossender Bärlapp
Synoniemen-Lycopodium annotinum
Familie-Lycopodiaceae (Wolfsklauwfamilie)
Naamgeving (Etymologie)-De naam wolfsklauw komt door de gelijkenis met de klauw van een wolf. Spinulum is afkomstig van het Latijnse spinula (stekel). Annotinum betekent van het vorige jaar, weer uitspruitend.
Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).
Levensduur-Overblijvend.
Plantvorm-Chamaefyt.
Rijpe sporen-Juli t/m september.
Afmeting-5-10 cm.
|
|
|
|
Wortels-De stengels wortelen op afstand.
|
|
|
|
Stengels-De lichtgroene stengels zijn sterk vertakt. Vaak vormt de plant grote matten. De taaie, kruipende stengels kunnen soms meer dan 1 meter lang worden. De zijstengels (vaak meermalen gegaffeld) zijn opstijgend. De plant blijft laag (tot 30 cm).
|
|
|
|
Bladeren-De bladen staan in 5 rijen. De stijve, hard stekelpuntige, smal driehoekige en lijn-lancetvormige bladen worden tot 8 mm lang. Ze staan bijna recht af tot iets naar beneden gericht. Langs de rand zie je enkele korte, stekende tanden, De toegespitste blaadjes hebben geen lange, witte, haarachtige punt. De bladen aan de onderkant van de hoofdstengel zijn niet omhoog gekromd. De bladen aan de gegaffelde takken staan dichter opeen dan die van de stengel.
|
|
|
|
Sporen-De alleenstaande sporenaren zijn zittend (niet gesteeld), geelachtig en groeien aan het eind van opstijgende zijStengels-De vruchtbare bladen zijn meer kort en breed en hebben een lichtere kleur. Ze zijn breed driehoekig tot eirond, iets gekarteld, lopen in een punt uit (naar buiten buigend) en zonder grove tanden aan de voet. De schutbladen van de sporangien zijn eirond, kort-toegespitst, korter dan de bladen, maar meer dan 2 keer zo lang als de niervormige sporangien, aan de top zijn ze teruggekromd. De sporen zijn lichtgeel.
| |
|
|
Biotoop
Bodem-Beschaduwde plaatsen op droge tot vochtige, voedselarme, zure zandgrond.
Groeiplaatsen-Naaldbossen (met name dennenbossen), loofbossen (met name berkenbos en zomereikenbos), bosranden, heide en aan de randen van duinvalleien onder kruipwilg.
Verspreiding
Wereld-Koudere en gematigde streken en in gebergten op het noordelijk halfrond.
Nederland-Inheems. Zeldzaam.
Vlaanderen-Slechts eenmaal gevonden (eind 19de eeuw).
Wallonië-Inheems. Zeer zeldzaam.
2001-2023 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl