Tandjesgras - Danthonia decumbens

Naamgeving (Etymologie)-Danthonia is genoemd naar de Franse botanist Etienne Danthoine (1739-1794). Decumbens betekent neerliggend.

Natalia Pashkewich - cc by-nc 4.0	Daderot - Public Domain
Lars Dalby - cc by-nc 4.0	Paul Fabre - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr

herbariaunited.org	herbariaunited.org
herbariaunited.org	herbariaunited.org

Stengels-De liggende tot rechtopstaande stengels vormen dichte pollen of kringen van vaak liggende of boogvormig opstijgende stengels.

Irina Goldberg - cc by-nc 4.0	Liliane Roubaudi - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr
Julien Barataud - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr	Paul Fabre - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr

Bladeren-De stijve, gewimperde bladen zijn van boven grijsgroen en van onderen glanzend donkergroen. Ze zijn verder weinig of niet behaard. Voor ontplooiing zijn ze langs de middennerf samengevouwen. De bladschede is begroeid met verspreide, vrij lange, afstaande haren, die bij de overgang naar de bladschijf dichter opeen staan en een krans vormen. In plaats van een tongetje zie je een kraagje van zeer korte haren.

Christian Berg - cc by 4.0	Marcel Hospers - verspreidingsatlas.nl
jupreudhomme - cc by-nc 4.0	Julien Barataud - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr

Bloemen-Tweeslachtig. De bloeiwijze is aarachtig of trosvormig. De pluim bevat maar weinig bloemen en is vaak wat samengetrokken. De bloempluim is 2-7 cm lang en bevat drie tot twaalf aartjes. In de aartjes staan de bloemen dicht op elkaar. De aartjes zijn 0,6-1,2 cm lang. Ze zijn glanzig, lichtgroen en vaak paars aangelopen. De kelkkafjes zijn bootvormig, vrij spits en hebben drie of vijf nerven. Ze zijn ongeveer even lang als het hele aartje.

© Peter Meininger - verspreidingsatlas.nl	Frédéric Cloitre - cc by-sa 4.0
anaarenaria - cc by-nc 4.0	Malcolm Storey - bioimages.org.uk - cc by-nc-sa-2.0 uk

Vruchten en zaden-Een graanvrucht. De zaden zijn kortlevend (1-5 jaar). Eenzaadlobbig.

Roger Culos - cc by-sa 3.0	Stefan Lefnaer - cc by-sa 4.0
Stefan Lefnaer - cc by-sa 4.0	©2006 Digital Plant Atlas - cc by-nc-sa 3.0 nl

Bodem-Zonnige of soms licht beschaduwde plaatsen op droge tot zeer vochtige, vrij voedselarme, zure tot zwak zure, kalkarme, licht humushoudende grond (zand, leem, veen en stenige plaatsen).

Groeiplaatsen-Langs heidepaden, heischraal grasland, hooiland, bermen, duinvalleien, duingrasland, langs bospaden, open plekken in loofbossen en op de bovenrand van hellingen.

Wereld-Europa (behalve in het noordoosten), nabij de Zwarte Zee, Noordwest-Afrika en op Madeira en de Azoren.