|
Wilde planten in Nederland en België |
|
Vogelwikke - Vicia cracca
Frysk-Fûgelwikje
English-Tufted Vetch
Français-Vesce cracca
Deutsch-Vogel-Wicke
Synoniemen
Familie-Fabaceae (Vlinderbloemenfamilie)
Naamgeving (Etymologie)-Vicia komt van het Latijnse woord vincere of vincio (binden of winden), dus een sterk rankende groeiwijze, maar misschien ook van het Griekse bikion of bicion (vaatje), dus een peulvrucht. Cracca is afgeleid vanuit het Sanskriet krak (sierlijk of slank, de groei betreffende).
Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).
Levensduur-Overblijvend.
Plantvorm-Hemikryptofyt.
Hoofdbloei-Juni t/m september.
Afmeting-30-200 cm.
|
|
|
|
Wortels-Diep wortelend met ondergrondse uitlopers. Met wortelknolletjes.
|
|
|
|
Stengels-De opstijgende of klimmende stengels kunnen vrijwel kaal zijn, maar ook dicht zijdeachtig behaard.
|
|
|
|
Bladeren-De verspreidstaande bladeren zijn geveerd met twaalf tot twintig lijnvormige tot langwerpige, 2-6 mm brede en 0,5-3 cm lange deelblaadjes en een vertakte rank. Deze rank kan zich vasthechten aan stengels van andere planten, zoals grassen. De bladrand is gaaf. Er zijn kleine steunblaadjes.
|
|
|
|
Bloemen-Tweeslachtig. De bloeiwijze met de steel is iets korter tot anderhalf keer zo lang als het schutblad. Langgsteelde, rijkbloemige (tien tot dertig bloemen) trossen, die naar één kant zijn gekeerd. De bloemen zijn 0,8-1,2 (-1,4) cm groot. Ze zijn van buiten paars en van binnen blauw, maar soms zijn ze lichtblauw of zeer zelden wit. De bovenste helft van de vlag is verbreed en omhoog gebogen, de plaat van de vlag is ongeveer even lang als de nagel. Bloemen met een vijftandige kelk, tien met elkaar vergroeide meeldraden en een bovenstandig vruchtbeginsel met stijl en stempel.
|
|
|
|
Vruchten en zaden-Een doosvrucht. De giftige, gladde peulen zijn 1-2½ cm lang, bruin, kaal en aan de voet versmald tot een steeltje, dat korter is dan de kelkbuis. De zaden zijn zeer kortlevend (korter dan één jaar). Tweezaadlobbig.
|
|
|
|
Biotoop
Bodem-Zonnige of half beschaduwde plaatsen op vrij natte tot matig droge, matig voedselrijke tot voedselrijke, kalkarme tot kalkhoudende, huushoudende grond (alle grondsoorten, behalve hoogveen).
Groeiplaatsen-Bosranden, struwelen, heggen, grazige ruigten, rietland, waterkanten, vochtig bemest grasland, bermen, dijken, spoorbermen, overhoeken, plantsoenen, duinvalleien, rolsteenstranden en op de bovenrand van zandige kwelders die zeer zelden bereikt worden door zeewater.
Verspreiding
Wereld-Oorspronkelijk in gematigde en koelere streken in Europa en Azië.
Nederland-Inheems. Algemeen.
Vlaanderen-Inheems. Algemeen.
Wallonië-Inheems. Algemeen.
2001-2023 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl