Wilde planten in Nederland en België

Waterkruiskruid - Jacobaea aquatica

Frysk-Miedekrúswoartel

English-Marsh Ragwort

Français-Seneçon aquatique

Deutsch-Wasser-Greiskraut

Synoniemen-Senecio aquaticus

Familie-Asteraceae (Composietenfamilie)

Naamgeving (Etymologie)-Dit kruid was gewijd aan Sint-Jacob, de beschermheilige van de paarden, vandaar de wetenschappelijke naam (Jacobaea). Aquatica betekent waterbewonend.

Variëteiten-Jacobaea aquatica var. aquatica en Jacobaea aquatica var. erratica (Senecio erraticus).

Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).

Levensduur-Tweejarig.

Plantvorm-Hemikryptofyt.

Hoofdbloei-Juni t/m augustus.

Afmeting-30-120 cm.


Adrie van Heerden - verspreidingsatlas.nl


© Peter Meininger - verspreidingsatlas.nl


Gertjan van Mill - cc by-nc-sa 3.0 nl


Aroche - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr

Wortels-Een penwortel of een zeer kort raapvormig scheefstaand wortelstokje zonder uitlopers.


herbariaunited.org


herbariaunited.org


herbariaunited.org


herbariaunited.org

Stengels-De stengels zijn meestal onder het midden vertakt. De zijassen staan iets af. De stengeltoppen zijn spinragachtig behaard. De stengelvoet is kaal en vaak iets paarsrood.


Adrie van Heerden - verspreidingsatlas.nl


Shadow Ayush - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0

Bladeren-Giftig. De bladen zijn vrijwel kaal. De wortelbladen zijn vaak tijdens de bloei nog aanwezig. Ze zijn dikwijls niet gedeeld. Ze hebben een grote, grof gekartelde tot gezaagde eindslip met daaronder wat franjeachtige aanhangsels aan de bladas. De middelste en bovenste bladen zijn gespleten tot gedeeld (veerspletig tot veerdelig). De eindslip is ongeveer half zo lang als het blad. De bladrand is niet omgeslagen.


Gertjan van Mill - cc by-nc-sa 3.0 nl


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0

Bloemen-Polygaam. De bloemhoofdjes vormen een schermachtige pluim. Elk bloemhoofdje is 2-3 cm in doorsnee. De lintbloemen zijn mat dooiergeel en 1-1½ cm lang. Het korte buitenomwindsel heeft één tot drie blaadjes.


© Han Beeuwkes - verspreidingsatlas.nl


© Otto Zijlstra - verspreidingsatlas.nl


© Peter Meininger - verspreidingsatlas.nl


Hans Hillewaert - cc by-sa 3.0

Vruchten en zaden-De randstandige nootjes zijn kaal. De overige nootjes zijn weinig behaard. Het vruchtpluis is vuilwit. De zaden zijn zeer kortlevend (korter dan één jaar). Tweezaadlobbig.


Konrad Lackerbeck - cc0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


©2006 Digital Plant Atlas - cc by-nc-sa 3.0 nl

Biotoop

Bodem-Zonnige of soms licht beschaduwde plaatsen op vochtige of meestal natte, matig voedselrijke, weinig bemeste, humeuze, zwak zure grond (veen, slibrijk zand, leem, zavel en klei). Vaak op plekken met kwel.

Groeiplaatsen-Vaak 's winters tijdelijk overstroomd hooiland, weiland, nat bemest grasland, bermen, langs greppels, aanspoelingsgronden, bij bronnen, polderdijken, lichtrijke bossen en grienden.

Verspreiding

Wereld-Europa.

Nederland-Inheems. Vrij algemeen.

Vlaanderen-Inheems. Zeldzaam.

Wallonië-Inheems. Zeldzaam.

2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl