Frysk-Knopkes English-Sneezewort Français-Achillée sternutatoire Deutsch-Sumpf-Schafgarbe Synoniemen Familie-Asteraceae (Composietenfamilie) Naamgeving (Etymologie)-Wilde bertram houdt verband met het vroegere gebruik van de scherp smakende wortelstok, die tegen kiespijn werd gekauwd. Hierbij diende de Wilde bertram als vervanging van de Romeinse bertram (Anacyclus pyrethrum), afkomstig uit het Atlasgebied en waarschijnlijk al sinds de oudheid in gebruik. De naam bertram komt oorspronkelijk uit het Grieks pyrethron (vuurwortel), maar is in Germaanse talen verbasterd tot de persoonsnaam Bertram. Achillea is genoemd naar Achilles, de krijgsheld van Troje. Achilles redde zijn gewonde soldaten door de wonden met deze plant te behandelen. Ptarmica komt van het Griekse ptarmike (Nieskruid). Van deze plant kan poeder gemaakt worden dat de neus sterk kan irriteren. Beschrijving Levensduur-Overblijvend. Plantvorm-Hemikryptofyt. Hoofdbloei-Juli t/m september. Afmeting-30-90 cm. Klik op een afbeelding om te vergroten.
Wortels-Een kruipende wortelstok met ondergrondse uitlopers.
Stengels-De rechtopstaande, geribde stengels zijn kantig en maar weinig behaard.
Bladeren-De verspreidstaande, donkergroene, zittende bladen zijn smal, langwerpig, niet gedeeld, scherp (vaak dubbel) gezaagd, spits, van boven kaal en glanzend.
Bloemen-Polygaam. De bloeiwijze bestaat uit losse pluimen met meestal vijf tot tien (soms meer) hoofdjes aan het eind van de stengel. De hoofdjes zijn 1,2-1,8 cm. De in het midden staande buisbloemen zijn geelwit. De acht tot dertien lintbloemen zijn wit en ongeveer 4-6 mm lang. Het omwindsel is ongeveer 1 cm breed. Het omwindselblad is viltig behaard en vliezig gerand. De bloemhoofdjesbodem met stroschubben. Iedere bloem heeft een onderstandig vruchtbeginsel met een stijl met twee stempels en vijf met elkaar vergroeide meeldraden.
Vruchten en zaden-Een eenzadige dopvrucht of nootje. De zaden zijn zeer kortlevend (korter dan één jaar). Tweezaadlobbig.
Biotoop Bodem-Zonnige plaatsen op vochtige of vaak natte, matig voedselrijke, vaak licht benmeste en meestal zwak zure grond (laagveen, rivierklei, leem, humusrijk zand, en löss). Groeiplaatsen-Waterkanten, basaltglooiingen, moerassen, nat licht bemest grasland en hooiland, bermen, spoorbermen, spoorwegterreinen en leemgroeven. Verspreiding Wereld-Oorspronkelijk uit koude en gematigde streken in Europa en Azië. Nederland-Inheems. Algemeen.
Vlaanderen-Inheems. Algemeen. Wallonië-Inheems. Vrij algemeen. Wetenswaardigheden In de Middeleeuwen werd de plant gebruikt tegen kiespijn en, dankzij het
vermogen om niesbuien op te wekken als middel 'om het hoofd schoon te maken'. Bij bruiloften was Wilde bertram vaak een onderdeel van het bruidsboeket, omdat de plant vele jaren van geluk in het huwelijk zou brengen. 2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl |